Opvolging: de juiste volgorde is belangrijk

Jozef Lievens

Het zal u verbazen, maar Vlaanderen is een fiscaal luilekkerland voor familiebedrijven. Dan hebben we het natuurlijk niet over de vennootschapsbelasting en de roerende voorheffing, die ondanks de juichkreten van de regering ongunstig blijven, maar wel over de schenkingsrechten. Als uw onderneming in Vlaanderen als familiebedrijf wordt benoemd, dan kunt u dat familiebedrijf aan uw opvolgers schenken aan een tarief van nul procent. U hebt goed gelezen: nul komma nul procent. Bedoeling van de Vlaamse wetgever was om opvolgingen een duw in de rug te geven, want een familiebedrijf erven kost drie procent successierechten. Tussen nul en drie procent is er uiteraard een niet onbelangrijk verschil, vooral wanneer we kijken naar concrete cases en absolute cijfers.

Merkwaardig genoeg kan deze instrinstiek interessante wetgeving ook perverse gevolgen hebben. Het gevaar bestaat immers dat men zich bij de regeling van de opvolging uitsluitend door fiscale motieven laat leiden en het globale plaatje uit het oog verliest.

Indien men kiest voor familiale opvolging, moet er een bekwame opvolger zijn. Dat is vraag nummer één: hebben we een bekwame en gemotiveerde opvolger? Vraag nummer twee is dan of we al dan niet tegen het nultarief aan deze opvolger gaan schenken.

Indien we schenken aan een team opvolgers, dan moet dit team niet alleen uit bekwame leden bestaan, maar moeten deze teamleden ook goed kunnen samenwerken. Wat baat het om fiscaal een goede zaak te doen, maar dan toch in diepgaande conflicten te eindigen?

In het boek “Opvolging in het familiebedrijf: de vijf essentiële vragen” hebben we de volgorde aangegeven, waarin moet gewerkt worden bij een opvolging:

  1. eerst moet men zich afvragen waar men met het familiebedrijf naartoe wil;
  2. vervolgens moet gekeken worden of er een bekwame opvolger is;
  3. in derde instantie moet het toekomstige bestuursmodel worden uitgewerkt;
  4. vervolgens moet de toekomstige rol van alle acteurs worden beschreven;
  5. uiteindelijk moet de overdracht technisch geregeld worden.

De vraag of we gaan schenken tegen het nuftarief komt pas in vijfde instantie aan bod. Wie zijn opvolging goed wil regelen, moet dus de juiste volgorde respecteren.

Jozef Lievens
Partner Roots Advocaten

Terug naar het overzicht

Opvolgersscan

Als eigenaar/bedrijfsleider van je familiebedrijf heb je wellicht het liefst dat één of meerdere kinderen op een bepaald moment het roer overnemen.

Maar hoe bepaal je als ouders objectief of je kinderen hiervoor aangewezen zijn? Patrick De Schutter ontwierp hiervoor de Opvolgersscan.

Een niet-familiale CEO: zes aandachtspunten

Samenwerken met een niet-familiale CEO loopt niet steeds van een leien dakje.

Jozef Lievens stipt 6 factoren aan die het aantrekken van en de samenwerking met een externe CEO kunnen maken of kraken.

Meer weten?

Vier soorten governance in het familiebedrijf

Er wordt vaak beweerd dat governance in familiebedrijven complexer is dan in niet-familiebedrijven. Dat is ongetwijfeld juist. De oorzaak hiervoor is te vinden in het feit dat een familiebedrijf bestaat uit een aantal componenten die elk een aparte soort governance vereisen.

Volgens Jozef Lievens zijn er vier soorten governance vereist :

  • ownership governance
  • business governance
  • family governance
  • wealth governance
Lees meer

Raad van bestuur of raad van advies

Veel familiale ondernemers stellen zich de vraag of ze beter met een echte raad van bestuur of met een raad van advies van start gaan. Volgens Sofie Lerut hebben beide pistes zekere voordelen, maar er zijn belangrijke verschillen.

Lees meer