Opvolging: belangrijke shift in de leeftijden?

Jozef Lievens

De twee voornaamste acteurs in de opvolging zijn de overdrager en de opvolger. Voor beide acteurs zijn er leeftijdsperiodes waarbinnen de opvolging zich idealiter afspeelt.

De meeste overdragers lieten tot nu toe hun rol als leider los wanneer zij tussen de 65 en de 75 jaar waren. Opvolgers namen meestal het roer over wanneer hun leeftijd zich tussen de 38 en 48 jaar situeerde.

De tijden zijn echter veranderd en wel op twee vlakken. Door de stijgende levensduur en de betere gezondheid van de bevolking blijven overdragers tot op hogere leeftijd fit en hebben zij minder zin om vroeg de fakkel over te dragen. Overdragers zitten nu in de leeftijdsperiode 68 tot 78 jaar om over te dragen.

Bij de opvolgers doet zich volgens research van prof. John Davis van M.I.T.een omgekeerd fenomeen voor. Opvolgers willen steeds vroeger de leiding van het familiebedrijf op zich nemen. Zij situeren zich in de leeftijdsperiode 32 tot 40 jaar om de CEO-stoel in te nemen.

Het hoeft weinig betoog dat deze situatie in een aantal gevallen aanleiding kan geven tot conflicten. Als de opvolger op jonge leeftijd de leiding wil nemen en de overdrager wil die leiding steeds later afgeven, hebben we een probleem. Bovendien impliceert dit nieuw gegeven dat de periode waarbinnen de overdrager en de opvolger samenwerken, langer gaat duren. Hoe kunnen we dit probleem nu oplossen?

Het kan niet genoeg benadrukt worden dat klare afspraken over het tijdstip van opvolging belangrijk zijn om conflicten te voorkomen. Deze afspraken wordt liefst in tempore non suspecto vastgelegd in een charter.

Indien het inderdaad zo is dat de periode van samenwerken tussen overdrager en opvolger langer gaat duren, dan moet die samenwerking een goede vorm krijgen. Er zal vooral goed moeten worden gecommuniceerd. Nog belangrijker en een meer definitieve oplossing is dat de overdrager tijdig een nieuwe rol vindt, binnen of buiten het familiebedrijf. Vaak ligt die rol op het terrein van governance. Het is van belang dat dit met de overdrager bespreekbaar wordt gemaakt.

Jozef Lievens

Terug naar het overzicht

Opvolgersscan

Als eigenaar/bedrijfsleider van je familiebedrijf heb je wellicht het liefst dat één of meerdere kinderen op een bepaald moment het roer overnemen.

Maar hoe bepaal je als ouders objectief of je kinderen hiervoor aangewezen zijn? Patrick De Schutter ontwierp hiervoor de Opvolgersscan.

Een niet-familiale CEO: zes aandachtspunten

Samenwerken met een niet-familiale CEO loopt niet steeds van een leien dakje.

Jozef Lievens stipt 6 factoren aan die het aantrekken van en de samenwerking met een externe CEO kunnen maken of kraken.

Meer weten?

Vier soorten governance in het familiebedrijf

Er wordt vaak beweerd dat governance in familiebedrijven complexer is dan in niet-familiebedrijven. Dat is ongetwijfeld juist. De oorzaak hiervoor is te vinden in het feit dat een familiebedrijf bestaat uit een aantal componenten die elk een aparte soort governance vereisen.

Volgens Jozef Lievens zijn er vier soorten governance vereist :

  • ownership governance
  • business governance
  • family governance
  • wealth governance
Lees meer

Raad van bestuur of raad van advies

Veel familiale ondernemers stellen zich de vraag of ze beter met een echte raad van bestuur of met een raad van advies van start gaan. Volgens Sofie Lerut hebben beide pistes zekere voordelen, maar er zijn belangrijke verschillen.

Lees meer